|
|||||||||||||||||||||
|
1.3.5: 1460 - 1585 - Distributiewijzen/reclameTransport van boeken geschiedde per wagen of per schip. Weliswaar vormden boeken een product van gering volume en hoge waarde, maar ze waren wel zwaar en bovendien zeer kwetsbaar. Om ze tegen water- en andere schade te beschermen, transporteerde men boeken in balen of tonnen. In die vorm zien we ze herhaaldelijk de Lektol bij Schoonhoven passeren. Men verzond gedrukte boeken, evenals handschriften, in losse katernen en liet het binden op de plaats van bestemming gebeuren. Het verhandelen van boeken over grote afstand bracht vaak de noodzaak van het een of meer keer overladen mee. Om bij lange-afstandshandel problemen bij het overladen het hoofd te kunnen bieden, ontdekten uitgevers al snel de voordelen van handelsknooppunten als vestigingsplaats. Dit is een van de verklaringen voor de dominantie van Antwerpen in de tijd tot 1585. Distributie vond plaats op het lokale, het regionale en het internationale niveau. Detailhandel in de plaats van vestiging van een drukker-uitgever geschiedde vanuit de aan het atelier verbonden boekwinkel. Naar de kleinere steden en de dorpen in de omgeving werden colporteurs, kramers, op pad gestuurd. Kramers speelden overigens in het Reformatietijdperk ook een belangrijke rol bij de verbreiding van verboden boeken op lange afstand, zoals bijvoorbeeld bleek bij het verhoor van de Delftse drukker Boeken die op voorraad werden aangemaakt en aan een onbekende markt aangeboden, moesten worden aangeprezen. In de boeken zelf werden de lezers wervend toegesproken, in een voorwoord, of vaker nog op een titelpagina. De eerste Nederlandstalige titelpagina is van auteur: K. Goudriaan |
||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||
|