2.3.7: 1585 - 1725 - Handel met het buitenland


Onder de vele protestantse vluchtelingen die in het laatste kwart van de zestiende eeuw uit de Zuidelijke Nederlanden naar het Noorden kwamen, waren vele drukkers en boekverkopers. Hun komst heeft bijgedragen aan de bloei van de boekhandel in de Republiek en zeker ook aan die van de handel met het buitenland. Van hen moeten zeker worden genoemd Christoffel Plantijn en Lodewijk Elzevier die uit Antwerpen naar Leiden kwamen en de basis legden voor de zeer internationaal georiënteerde wetenschappelijke uitgeverij in de universiteitsstad. In Amsterdam werkte rond 1600 de uit Brabant afkomstige Cornelis Claesz, die zich met een op nautica, atlassen en reisverhalen gericht fonds eveneens op het buitenland richtte.

Nederlandse boeken hadden een goede naam in Europa. Zij waren goed gedrukt, op papier van kwaliteit. De uitgevers konden voor het noodzakelijk redactiewerk en correctiewerk een beroep doen op geleerden en geletterden die de diverse talen waarin werd gepubliceerd, beheersten. Bovenal was belangrijk dat het aanbod van publicaties groot en divers was. De relatief grote vrijheid van drukpers maakte het mogelijk dat boeken en pamfletten die elders niet konden verschijnen, wel door Nederlandse uitgevers op de markt werden gebracht. Bepaalde categorieën drukwerk werden in grote hoeveelheden naar het buitenland vervoerd. Dat gold met name voor religieuze boeken. Engelse bijbeluitgaven werden naar Engeland verscheept. Voor joodse godsdienstige teksten die in Amsterdam van de pers kwamen, bestond grote belangstelling in Oost-Europa. Katholieke kerkboeken, die deels onder Keulse of Antwerpse schuiladressen verschenen, vonden hun weg naar de katholieke landen. Een ander succesvol exportproduct waren de edities van klassieke auteurs, met name de 'variorum' uitgaven met een uitgebreid annotatieapparaat, zoals bezorgd door de preceptor van de Rotterdamse Latijnse school Minellius, Johannes.

Boeken uit de Republiek werden in balen en vaten over heel Europa verspreid. Gregorio Leti schreef in zijn Kort begrip der helden-deugden ('s-Gravenhage 1700) dat, zoals Holland de hele wereld van zijn waren uit Oost-Indië had voorzien, men met evenveel recht kon zeggen, 'dat zy alleen gansch Europa, met het werk der drukkerijen, en boekhandel heeft bestraalt en verrijkt'. Bovendien fungeerden de Nederlandse boekverkopers als intermediairs voor de handel in boeken tussen Noord- en Zuid-Europa en tussen Engeland en het continent. Daarvan getuigen de rijk voorziene magazijncatalogi van grote internationale boekhandelshuizen als Blaeu, Elzevier, Janssonius, Leers, en Van der Aa.

In de eerste helft van de zeventiende eeuw speelde de uit Gouda afkomstige Adriaen Vlacq een belangrijke rol in de internationale boekhandel. Hij is zowel te Londen (1633-1642) als te Parijs (1642-1648) werkzaam geweest, maar in beide steden kreeg hij, zoals hij in een boeiend autobiografisch relaas beschreef, moeilijkheden met de gevestigde boekverkopers, waardoor hij moest uitwijken en zich uiteindelijk te Den Haag vestigde.

Voor de internationale handel was van oudsher de Buchmesse te Frankfurt van groot belang. De grote Nederlandse boekverkopers ondernamen vaak twee keer per jaar de tocht naar Frankfurt, waarbij ze tevens de belangen van collega-uitgevers waarnamen. In de Messecatalogi is de aanwezigheid van de Hollanders en hun nieuwe uitgaven af te lezen. Vanaf het einde van de zeventiende eeuw ging de Buchmesse van Leipzig het in belang winnen van die van Frankfurt, hoewel de boekverkopers uit de Republiek ook gedurende de eerste helft van de achttiende eeuw nog naar Frankfurt bleven reizen.

De contacten met collega-boekverkopers in het buitenland verliepen via een intensieve correspondentie. Van de vele duizenden brieven die zijn verstuurd, is echter maar weinig bewaard gebleven. Daarnaast onderhielden de grote uitgevers hun internationale relaties door handelsreizen. Sommigen hadden zelfs eigen filialen en pakhuizen in buitenlandse steden.


auteur: O.S. Lankhorst
 
 


Handel met het buitenland